Er is een diepe, stille drempel waar de mensheid nu voor staat. Een van de moeilijkste, maar meest essentiële stappen die we mogen zetten, is de terugkeer naar vertrouwen in de natuurlijke wereld. In een wereld waarin we massaal losgeraakt zijn van onze intuïtie, worden we uitgenodigd om opnieuw te leren voelen, afstemmen, luisteren — met ons lichaam, met ons hart, met ons energetisch veld.
Want wat zou er gebeuren als je vandaag overgeleverd zou zijn aan Moeder Aarde?
Zou je weten wat je moet doen? Zou je herkennen welke plant jou roept? Zou je weten hoe je samenwerkt met het ritme van de maan, met de seizoenen, met het dierenrijk?
De oude verhalen — van onze voorouders, van sjamanen, van priesteressen, getuigen van een tijd waarin mens en aarde in symbiose leefden. Waarin plantenmedicijn, dierentelepathie, en cyclisch leven vanzelfsprekend waren. Die wijsheid zit nog steeds in ons. Ze sluimert. Ze slaapt in ons DNA.
Maar waarom zijn we het dan kwijt?
Omdat de vervolgingen zijn begonnen. Op vrouwen. Op priesters. Op heksen. Op iedere vorm van diepgevoelde intuïtie en verbinding. Omdat het gevaarlijk werd om te weten. Om te voelen. Om afgestemd te leven. En dus deed het lichaam wat het moest doen om te overleven: het schakelde delen van het DNA uit. Delen die ons in verbinding hielden met de eenheid van al wat leeft.
Dat is geen spiritueel verzinsel,de wetenschap van de epigenetica toont ons dat deze processen daadwerkelijk plaats kunnen vinden. Generaties lang. De wijsheid werd onderdrukt, versluierd, afgeleerd.
Maar wat uitgeschakeld is, kan weer geactiveerd worden.
Dat gebeurt niet door te denken. Niet door alleen te lezen. Maar door te leven. Door te luisteren. Door te vertrouwen. Door je intuïtie weer te gebruiken, ook als je nog niet alles begrijpt. Ook als je hoofd protesteert. Ook als het ongemakkelijk is.
Want die eerste stap, die drempel over, is het moeilijkst. Omdat het voelt als cognitieve dissonantie. Je weet iets diep vanbinnen, maar het druist in tegen alles wat je geleerd is. En toch wéét je: dit is waar.
Dieren spelen hierin een sleutelrol.
Ze voelen veiliger. Minder bedreigend. Ze helpen ons herinneren. Ze helpen ons openen. Hun zuiverheid, hun directe verbinding met het veld, maakt het makkelijker om weer te voelen. Om te vertrouwen. Daarom zijn dierengidsen zo belangrijk. Daarom communiceren kinderen vaak vanzelf met dieren. Daarom huil je als je een dier lijdt ziet. Het is je hart dat wakker wordt.
Van daaruit opent het veld zich opnieuw:
• Voor energieheling.
• Voor contact met planten en bomen.
• Voor mediumschap en vooroudercommunicatie.
• Voor het loslaten van de angst voor de dood.
Want de angst voor de dood is ook een symptoom. Als je werkelijk zou herinneren dat het leven cyclisch is, dat de ziel eeuwig is, dat alles onderdeel is van een groter web — dan zou je niet meer leven vanuit angst. Dan zou je leven vanuit vrijheid.
En om daar te komen, moet je ergens beginnen. Met de eerste, heilige JA.
Ja tegen je gaven. Ja tegen je intuïtie. Ja tegen de roep van de dieren, van de aarde, van je ziel.
Je hoeft niet morgen op een podium te staan. Maar stop met jezelf te verbergen. Stop met doen alsof je het niet voelt. Begin met erkennen. Erken je weten. Erken je verbinding. Erken je waarheid.
Dat is waar het begint.
En wanneer genoeg mensen dat doen, wanneer genoeg zielen hun oorspronkelijke codering weer gaan leven, dan verandert het collectief. Dan wordt de shift lichter. Dan gaan we samen terug naar de symbiose die altijd al mogelijk was.
Eenheid begint met jou.
Met jouw keuze om te herinneren.
Met jouw durf om te leven.
Liefst Nadieh