Wanneer voelen te gevaarlijk werd

De geheime erfenis van onbenoemd verdriet.

Ze zat tegenover me, haar handen gevouwen in haar schoot, terwijl haar ogen telkens wegdwaalden alsof ze ergens in een stille leegte verdween.

We spraken over haar verlangen naar nabijheid, maar telkens als iemand haar te dicht naderde, voelde ze hoe haar lichaam verstijfde.

Alsof de ziel zich terugtrok achter een onzichtbare muur. In die stilte herkende ik iets dat ik al zo vaak in mijn werk heb gezien: de oude strategie van de psyche die ooit diende om te overleven, maar die nu gevangen houdt.

Zoveel vrouwen dragen dit in zich. De momenten waarop je als kind hebt gehuild maar niemand kwam. De leegte die ontstaat wanneer jouw vreugde te groot werd en iemand zei: “Doe maar normaal.”

De teleurstelling van een ouder die emotioneel niet beschikbaar was, waardoor je leerde dat verlangen gevaarlijk is. En zo wordt gevoelloosheid een schild. Een bescherming die ooit redde, maar die later verhindert dat je nog echt durft te voelen.

Het is vaak geen individueel verhaal. In het systemisch werk zien we dat deze verdoving generaties kan overschrijden.

Een grootmoeder die verloor en nooit sprak over haar verdriet, een vader die opgroeide in oorlog en leerde zijn tranen te slikken, een moeder die haar eigen hart verhardde om staande te blijven.

Hun overleving stroomt onbewust door, als een echo in ons eigen lichaam. Zo dragen wij soms niet alleen ons eigen gemis, maar ook dat van hen die ons voorgingen.

En dan leren we onszelf wijs te maken dat dorst naar liefde normaal is. Dat het veiliger is om niets te verlangen, dan opnieuw te ervaren dat er niemand komt.

Maar die veiligheid is duurgekocht. Want terwijl pijn diep wordt weggesloten, wordt ook de vreugde afgesloten.

En daar, in dat niemandsland, voelen we ons halve mensen: toeschouwers van ons eigen leven, aanwezig maar niet volledig levend.

Toch blijft er een zachte rebellie in ons aanwezig. Want de ziel weigert zich eeuwig te laten verbannen.

Dromen doorbreken soms het ijs, herinneringen kloppen op de deur van ons bewustzijn, en een onverklaarbaar verlangen naar meer laat ons voelen dat er altijd iets in ons is dat kiest voor leven.

Wat ooit bevroor, kan ontdooien. Wat zich terugtrok in ballingschap, kan opnieuw thuiskomen.

En daar ligt de heilige uitnodiging: om niet weg te kijken, maar onze eigen gevoelloosheid aan te raken met liefde. Om terug te keren naar dat kind dat ooit onbeantwoord huilde, en haar nu wél in de armen te nemen.

Om de verhalen van onze moeder- en vaderlijn niet langer in stilte te dragen, maar bewust te helen zodat onze kinderen en hun kinderen niet langer hoeven te dragen wat niet van hen is.

Dit is het werk dat we doen in The House of Sacred Remembering. We betreden de voorouderlijke lijnen, we helen de moederlijn, we eren de vaderlijn, en we openen het veld waarin onze ziel weer mag ademen. Zodat de vrouw in ons die ooit bevroor, weer mag dansen.

Liefs,

Nadieh

Hee, mijn naam is Nadieh

Ik ben hier om vrouwen te begeleiden in het herinneren van hun essentie.
Niet om hen te helen — maar om hen te helpen hun eigen heilige kracht terug te claimen.
Mijn werk opent velden van herinnering, van waarheid, van belichaming.
Zodat jij voelt:
jij bént het medicijn. Jij bént de magie.

Welkom, sister.
Je herinnert je al meer dan je denkt.
Rise, in sacred power.

Ik neem je mee op een innerlijke journey
Meer blogs